Joeri Tits | maandag 25 Feb 2019, 14:57
Metro Exodus is het derde deel van de bekende Metro-serie, maar in dit deel kom je niet ondergronds. Is het nog steeds leuk om te spelen? Lees verder om ons oordeel te lezen.
Gespeeld op de Xbox One X
Metro Exodus is het langverwachte derde deel in de Metro-reeks. Dit keer verlaten we de donkere onderwereld voor het Russische platteland. Een game in de Metro-franchise zonder metrotunnels? Dat voelt een beetje zoals een café zonder bier... Als dat maar goed komt!
In 2010 werd ik door de Oekraïense ontwikkelaar 4A Games vrij onverwacht verrast met het uitstekende Metro 2033, dat gebaseerd was op het gelijknamige boek van Dmitry Glukhovsky. De ontwikkelaar, die ontstaan is door een afscheiding van enkele makers van S.T.A.L.K.E.R.: Shadow of Chernobyl, had natuurlijk al wat ervaring met horrorgames in een Oostbloksetting. Toch was het vooral de combinatie van een vrij goede verhaallijn, de sterke sfeer en een lineaire aanpak die me kon charmeren. Maar, tien jaar geleden begon ik stilaan mijn buik vol te krijgen van de games met een gigantische open wereld, met eindeloze zijmissies en een vaak banaal overkoepelend verhaal. Ik weet nog dat ik het spel meteen na Bioshock 2 gespeeld heb en dat het zeer lang geleden was dat ik nog zo genoten had van twee liniaire singleplayerervaringen. Helaas vond ik het vervolg, Metro: Last Night, van een minder niveau. Toch kon het me nog steeds voldoende bekoren om toch nog uit te kijken naar Metro Exocus. Toen bekend werd dat 4A Games met Metro Exodus een game ging maken dat zich bovengronds ging afspelen, vond ik dat in het begin vrij lastig. Toen men ook nog eens aankondigde dat men naar een openwereldgame ging evolueren begon ik net niet te panikeren. Metro Exodus gaat vreemd en dat terwijl de bestaande relatie eigenlijk uitstekend was...
In Metro Exodus spelen we nog steeds met Artyom, de hoofdrolspeler waarmee we ook in de vorige games aan de slag gingen. We zijn inmiddels in 2036 en hebben na de avonturen in Last Night de metrotunnels verlaten. Toch is het leven bovengronds niet veel beter. Mutanten zorgen ervoor dat je 's nachts op je hoede moet zijn en op het eerste zicht lijkt er van ander leven weinig sprake. Door omstandigheden, die ik niet omschrijf om niet te veel van het verhaal prijs te geven, komt Artyom te weten dat er toch nog meer leven is dan gehoopt. Samen met zijn vrouw Anna en Yermak, een treiningenieur, weten ze aan een trein te geraken en hiermee start hun zoektocht naar nieuw leven. De trein, Aurora genaamd, brengt je niet enkel naar tal van interessante plekken, het fungeert in beginsel vooral als centrale hub, waar je opdrachten krijgt van Miller, de officier die tevens de vader is van je vrouw. Je kan er onder andere je wapens samenstellen. Het craften is trouwens erg leuk uitgewerkt. Je kan zowat elk wapen, van een pistool tot een shotgun, ombouwen naar een andere soort wapen of een type dat je net wat meer bevalt. Daarnaast kan je in die hub met de rest van de bemanning of bezoekers spreken, waardoor je het verhaal ontdekt. Ook kan je er slapen. Dat is belangrijk omdat het game werkt met een dag- en nachtcyclus en zorgt ervoor dat je een missie op verschillende manieren kan aanpakken. Zoals eigenlijk iedereen slapen de meeste soldaten 's nachts waardoor het gemakkelijker is om ergens binnen te sluipen. Als je hiervoor kiest, moet je er dan wel weer rekening mee houden dat de wat dommere mutanten dan rondsluimeren. Ook andere vijanden reageren anders met of zonder licht. Denk maar aan de spinnen, die we nog kennen uit eerdere delen.
De Aurora brengt je dus naar allerlei open maps. Elke map kent een unieke setting in een ander seizoen. Zo passeer je verloederde industriesteden, maar ook prachtige natuurparken vol bergen en beekjes.
De open werelden zijn meestal erg groot en jezelf voort te bewegen ga je dus vaak gebruik moeten maken van dingen als een bootje of een ander voertuig. In tegenstelling tot andere sandboxtitels ligt de map niet verspreid met, vaak zinloze, zijmissies. Toch zorgt de ontwikkelaar dat je wel wat gaat rondneuzen in de omgeving en niet meteen op je doel afgaat. Net zoals in de vorige games zijn je benodigheden, zoals kogels of filters, schaars. Op zoek gaan naar een extra munitie is dus eigenlijk een must. Je doelen vind je trouwens niet met een minimap. Je moet hiervoor gebruik maken van je compas en vaak even stoppen om daadwerkelijk op je map te kijken. Dit systeem lijkt erg op wat we zagen bij Sea of Thieves en daar vond ik het wel degelijk een pluspunt. Bij Metro Exodus ben ik er minder van overtuigd, omdat het in deze game wat al te vaak de snelheid er wat uithaalt. Het is wel leuk dat je nu soms probeert te vluchten, zonder te weten waar je naar toe aan het rennen bent. Als je achterna wordt gezeten door monsters, heb je niet de tijd om even te stoppen en te kijken. Ondanks alles leunt dit systeem perfect aan bij de unieke Metro-elementen die we kennen uit de vorige games. Denk maar aan het gasmasker, om in bepaalde ruimtes te kunnen ademen, en je aansteker, om monsters af te schrikken. Natuurlijk mochten ook deze attributen niet ontbreken in deze game en zorgen ze mee voor de sfeer die zo typisch is voor de games uit de Metro-serie.
De woorden zijn gevallen: “de typische sfeer”. Niet zo eenvoudig om te omschrijven in woorden, maar iedereen die ook maar even in de metrotunnels van een eerdere titel heeft rondgelopen weet dat deze games zelfs voor iemand met pleinvrees claustrofobische gevoelens kan opwekken. Metro is het sterkst in smalle kleine ruimtes waar het gevaar overal kan opduiken. Ook de keuzes die je maakt zijn hier dan bij belangrijk. Probeer je het met veel kabaal op te lossen, waardoor je met de kans zit om zonder kogels te eindigen en zoveel lawaai of licht gemaakt hebt dat andere wezens op je af komen? Of doe je het op je gemak, in de schaduw, wetende dat ook daar gespuis kan zitten? Mijn vrees dat de typische metrosfeer verloren zou gaan nu de game een switch maakt naar een open wereld, was eigenlijk grotendeels onterecht . Metro Exodus kent alvast voldoende kleine locaties waar het gevaar als vanouds loert in de kleinste hoeken. De omgevingen zijn gevarieerd genoeg om rustig de tijd te nemen ze te ontdekken. En zoals eerder aangehaald, is dit ook gewoonweg nodig om voldoende benodigheden tegen te komen. Deze verplichting kan niet voor iedereen die de oudere games leuk vonden als prettig ervaren worden. Het is op dat vlak een game waar je rustig je tijd voor moeten nemen en is net iets minder een game waar je constant het gevaar voelt. Ik moet ook eerlijk bekennen dat hoe verder in het spel ik kwam, ik me steeds sneller naar het doel begaf zonder mezelf voor te bereiden. Iets dat ik me daarna in de battles dan wel eens beklaag hebt. Dan vooral omdat je eigenlijk ook naar werkbanken, zoals je die vindt in de Aurora, op zoek moet gaan om filters of medicijnen te maken met de grondstoffen die je gevonden hebt.
Op grafisch vlak ziet het spel er behoorlijk indrukwekkend uit op de Xbox One X. De landschappen zijn prachtig vormgegeven, de weerseffecten zien er realistisch uit en er is voldoende variatie. Waar de game wel beter op mocht scoren zijn de bewegingen en de AI van de NPCs die je tegenkomt. Deze bewegen vaak net wat te kunstmatig, zeker als je dat vergelijkt met de pracht die je te zien krijgt in de rest van het scherm. Het verhaal ontdek je ook door met deze NPCs te praten en dat valt eigenlijk wat tegen. Het vrij sterke verhaal gaat wat verloren doordat je regelmatig wat te vaak en te lang met andere personages moet praten. Daarnaast is het hoofdpersonage Artyom nog steeds stom en spreekt hij niet echt. Zijn gevoelens ontdek je nog steeds tijdens de, soms wat lange, wachttijden. Op dit vlak verdient Metro Exodus gewoon beter en zou uitbreiden op dit gebied dus een logische evolutie geweest zijn naar een volwaardige blockbustertitel.
Metro Exodus is van een hoger niveau dan zijn voorgangers en is daardoor een erg sterke titel. Hij weet nog steeds te scoren in hetgeen waar hij het sterktst in is: spanning in kleine ruimtes. Dit is gelukkig niet overboord gegooid met het verlaten van de metrotunnels en de evolutie naar een openwereldgame. In de open locaties dien je nu op zoek te gaan naar voldoende attributen om te kunnen overleven. Hierdoor is het geen game meer waar je zomaar doorheen raast, maar je je tijd zal moeten nemen. Dit kan zeker en vast niet voor iedereen in de smaak vallen, maar zal voor de meeste Metro-fans wel een leuke en logische toevoeging zijn. Het maakt Metro Exodus net nog een tikkeltje meer een survivalgame. Het game kent een vrij leuk verhaal, maar helaas valt de ontdekking hiervan een beetje in het water door de grote hoeveelheid tekst, de soms onnatuurlijke houding van de personages en doordat het hoofdpersonage geen stem heeft. Al bij al is dit geen titel die je kan laten liggen als je houdt van een sterke open horror- of survivalgame.