Enemy Front is geen memorabele game geworden. Het is een game die echt had moeten uitblinken om op te vallen in een overvol genre en het ‘next-gen’ geweld. De Poolse opstand is een frisse insteek voor een Tweede Wereldoorlog-game, maar qua ontwerp en techniek komt het allemaal net niet uit de verf. Ondanks duidelijk zichtbare ambitie mist Enemy Front de bombast en de afwerking van de betere genre-genoten. Dat maakt de game dan ook moeilijk om aan te raden.
In de nadagen van de originele Xbox, rond de overgang naar de 360, is er nog een aantal goede games uitgekomen. Games die een reden waren om de oude console nog aan je tv gekoppeld te houden. We zitten nu een generatie verder in dezelfde periode. Games die nog niet ‘next-gen’ zijn moeten nu extra goed zijn om de aandacht van de gamer op te eisen. De makers van Enemy Front zijn die uitdaging aangegaan met een shooter die zich afspeelt in de Tweede Wereldoorlog.
Door de ontwikkeling van het genre richting modernere en zelfs futuristische conflicten, klinkt een Tweede Wereldoorlog-shooter haast verfrissend. Poolse ontwikkelaar CI Games toont ambitie met de keuze om naar minder bekende strijdtonelen als Polen en Noorwegen te gaan in deze fraai ogende (CryEngine) game. De campagne volgt ruwweg een Call of Duty-model en kent veel variatie in de scenario’s. In Enemy Front volg je echter slechts één hoofdpersonage en dat maakt het geheel wat minder geloofwaardig.
Je speelt als Robert Hawkins, een Amerikaanse oorlogsjournalist die in Europa het laatste nieuws over de Duitse invasie probeert vast te leggen. Hij raakt verwikkeld in het Poolse verzet, maar heeft ook in andere delen van Europa de oorlogsheld uitgehangen, zoals in speelbare flashbacks duidelijk wordt. Naast journalist is Hawkins schijnbaar ook commando, want gedurende het spel sta je (vaak alleen) tegenover een grote overmacht van Duitse soldaten.
Helaas is Hawkins niet echt een personage waar ik binding mee voelde. De game heeft een serieuze toon die passend is voor de gruwelen van de Tweede Wereldoorlog, maar de zelfingenomen Amerikaan die je onder de knoppen hebt voegt weinig toe aan het geheel. Waarom hij nou zou bijzonder gedreven is om een verschil te maken, kon bij mij niet echt landen. Dat hij vervolgens ook de meest effectieve verzetsstrijder van het Europese continent is, is dan gelukkig wel mooi meegenomen.
Als je voorbij de ietwat onrealistische verhaalopzet kunt kijken, dan heb je een bij vlagen vermakelijke shooter die helaas de ambities niet kan waarmaken. Dat zit hem vooral in de technische afwerking. De levels zijn groots opgezet en een stuk opener dan je gewend bent van een dergelijke game. Enemy Front is zeker geen gangetje-gangetje-shooter, maar de grafisch mooie wereld voelt soms wat leeg aan. Het is duidelijk dat je van confrontatie naar confrontatie beweegt en op het zoeken naar wat geheimen na is er weinig te doen in de wereld.
Er is gepoogd om veel variatie te bieden in zowel rustigere missies als spectaculaire actiemomenten. Bij infiltraties kun je een stealth-aanpak hanteren, terwijl je in sommige missies van sluipschutterstoren naar machinegeweer en bazooka wordt geleid om de horden Nazi’s en hun voertuigen af te weren. Ik vond de meer hectische levels doorgaans wat leuker, omdat de vaart er tussen de verschillende missiedoelen goed in bleef. Als je namelijk de tijd krijgt om zelf je aanpak te kiezen, laat de game wat scheurtjes zien.
De kunstmatige intelligentie van de tegenstanders is buitengewoon slecht en als je een goede positie verworven hebt, kun je wachten tot de Nazi’s één voor één voor de loop van je geweer gaan staan. Een vaste positie is ook een voordeel omdat de game in beweging nogal wat glitches kent. Daarnaast zakt de framerate zo nu en dan ook behoorlijk in. Dat is erg jammer, want Enemy Front is een fraaie game die hetzelfde spektakel probeert te bieden als de grote jongens. Op een enkel memorabel moment na is er helaas weinig dat deze game echt goed doet.
Een specifiek punt van irritatie voor mij waren de checkpoints. Over het algemeen vond ik ze iets te ver uit elkaar liggen, waardoor ik sommige gedeeltes herhaaldelijk moest doorspelen. Maar het werd echt ondraaglijk in een level waar ik keer op keer eerst hetzelfde stuk moest lopen, trappen op moest en de volgende confrontatie moest beginnen als ik doodging. Als dat checkpoint bovenaan de trappen was gezet, had me dat een minuut gevloek gescheeld bij elke reset. Dat is iets dat in mijn ogen bij het testen van het spel opgevallen had moeten zijn.
Er is ook een multiplayer-component, maar hier kan ik helaas kort over zijn: er is niemand online om mee te spelen, dus of de drie modi geslaagd zijn, kan ik niet zeggen. Hierin tekent zich ook de moeilijke positie voor Enemy Front. Het is een first person shooter die echt moet uitblinken om op te vallen in een overvol genre en het ‘next-gen’ geweld. Ondanks een originele insteek zijn het verhaal en de personages in de campagne niet interessant genoeg om de matige gameplay te compenseren. Dat maakt de game dan ook moeilijk om aan te raden.